Situatie: een terras in een Europese hoofdstad. Tijd: een zwoele nazomeravond. Betrokkenen: mijn liefde en ik als toeschouwers en hij en zij als hoofdrolspelers.
Wij prijzen ons gelukkig. Zitten wij daar toch maar mooi bij dat mooie restaurant.
Wij zijn vrij en kijken terug op een waardevolle en vermoeiende dag sightsee-en.
Naast ons – twee tafels verder strijkt een jongeman neer. Slank, begin dertig.
Kort nadien verschijnt zij. Duidelijk haar best gedaan er goed uit te zien. Mooi strak jasje, haar omhoog, een knappe jonge vrouw.
Zij bestellen drank en koesteren het pakje sigaretten dat midden op tafel ligt. Om beurten steken zij er één op. Het lijkt erop dat het zondigen in de longen het verbond bekrachtigt en een onuitgesproken belofte inhoudt voor latere zonde
Zij spreken geanimeerd, waarbij hij (klassiek) meer aan het woord is dan zij.
Wij – als toeschouwers – verheugen ons plaatsvervangend in wat de ouverture naar pril geluk lijkt te zijn.
Maar dan: zijn telefoon gaat. Hij neemt op.
Het heeft er alle schijn van dat hij geen enkele moeite doet zijn gesprekspartner te doordringen van de noodzaak tot beknoptheid. In tegendeel.
De man vraagt door en luistert aandachtig. Tien minuten verstrijken.
Wij – als toeschouwers – verbazen ons.
Het gesprek wordt voortgezet. Hij geeft een toelichting op een technische constructie.
Zij checkt haar telefoon en swipet lusteloos.
Na nog eens tien minuten begint zij zich te ergeren. Zij kijkt verveeld in de verte en rookt zonder animo. De zonde lijkt zijn glans te verliezen.
Wij – als toeschouwers – zijn verbijsterd.
Zoveel gebrek aan fatsoen van hem. Ongelooflijk.
Ons hart bloedt voor de verdampende passie. De neiging om op te staan om zijn telefoon in de nabije vijver te gooien is moeilijk te onderdrukken. Wij vrezen dat met elke verstrijkende minuut de toon van de verstandhouding verschuift naar mineur en de kans op geluk verschrompelt.
Dom vinden wij hem. Erg dom.
Plaatsvervangend vragen wij ons af wat hem beweegt de verkeerde prioriteit door te voeren.
Denkt hij indruk te maken met schijnbare onmisbaarheid? Of met het deskundig exposé?
Is de beller dermate machtig dat hij hoe dan ook van rechts komt bij de ontluikende romantiek? Regeren de social media sowieso over elk moment? Wat doet hen deze gang van zaken accepteren?
Maar net als onze verbijstering zijn toppunt heeft bereikt, staat zij op. Ze neemt nog een laatste slok en loopt weg.
Wij – als toeschouwers – onderdrukken de behoefte om te applaudisseren.
Hij hangt op. Loopt haar achterna. Pakt haar arm. Verontschuldigt zich hoorbaar.
Zij trekt zich los. Loopt door.Hij keert terug naar zijn tafel. Neemt een slok. Heeft duidelijk de pest in.
Wij – als toeschouwers – gunnen hem dat.
Bron: https://www.bureaukruiswijk.nl/een-terras-in-een-europese-hoofdstad/